| Voorbeelden: | `De hoofdafdelingen van het dierenrijk zijn: eencellige dieren, sponzen, holtedieren, platwormen, rondwormen, ringwormen, weekdieren, stekelhuidigen, geleedpotigen en gewervelden.`, `De structuur van de indeling is als volgt: hoofdafdeling, afdeling, onderafdeling, klasse, onderklasse, orde, familie, geslacht, soort, ras.` | |