de hebzucht

zelfst.naamw. (m./v.)

Uitspraak:	[ˈhɛpsʏxt]
Afbreekpatroon:	heb·zucht

sterke drang dat je veel voor jezelf wilt hebben

Synoniem:

hebberigheid

gretigheid   hebberigheid   schraapzucht   

Hoe kun je hebzucht krachtiger uitdrukken?
ongebreidelde hebzucht;

• de neiging om alles te willen hebben vb: het is alleen maar hebzucht dat hij die appels meenam
• 1) Gierigheid 2) één van de hoofdzonden 3) Baatzucht 4) Inhaligheid 5) Gelddorst 6) Schraapzucht 7) Hebberigheid 8) Hebzuchtigheid 9) Zelfzucht 10) Vrekkigheid 11) Begerigheid 12) Begeerte 13) Begeerlijkheid 14) Gretigheid 15) Schraapzuchtigheid
• Hebzucht is egoïsme. Iemand kan hebzuchtig, egoïstisch zijn. [basiswoordenlijst groep 7]
• Niet precies hetzelfde als egoisme; het verlangen om iets te bezitten of over iets te beschikken, wat je als mooi, aantrekkelijk, fijn etc. ervaart.

Toon uitgebreidere definities

• hebzuchtig

hebzucht

Is het 'de hebzucht' of 'het hebzucht'?

Het is 'de hebzucht', want hebzucht is mannelijk en vrouwelijk. Als je het aanwijst is het 'die hebzucht'.

Wat betekent hebzucht?

'sterke drang dat je veel voor jezelf wilt hebben'

Hoe spel je hebzucht?

hebzucht spel je H E B Z U C H T

Wat is een ander woord voor hebzucht?

Andere woorden voor hebzucht zijn gretigheid, hebberigheid en schraapzucht.

Zoek hebzucht op Woordenlijst.org
Zoek hebzucht op Google
Zoek hebzucht op Wikipedia