de grossier

zelfst.naamw. (m.)
Verbuigingen:  grossiers

iemand die in het groot verkoopt, een groothandelaar


Bron: WikiWoordenboek.

Synoniemen
groothandel   groothandelaar   

10 definities op Encyclo
  • Groothandelaar
  • 1) Groothandelsbedrijf 2) Handelaar 3) Groothandelaar 4) Koopman 5) Groothandel 6) Zakenman 7) Beroep 8) Tussenhandelaar
  • Een 'grossier' is een persoon die, of een groothandelsbedrijf dat goederen in grote partijen inkoopt en deze als tussenhandelaar doorverkoopt aan detailhandels of professionele grootverbruikers, zoals horecabedrijven of verzorgingshuizen. Een grossier koopt meestal kant-en-klare goederen in op de binnenlandse...
  • Een ander woord voor groothandelaar: een partij in de handelsketen die als tussenschakel fungeert tussen fabrikanten en detailhandel.
  • grof; karakterisering voor wijnen met weinig of geen verfijning.
Toon uitgebreidere definities

Deze woorden beginnen met grossier:
grossierderijgrossierengrossiersbeleidgrossierskortinggrossiersprijsgrossierszaak

Herkomst volgens etymologiebank.nl
grossier (groothandelaar)

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Is het 'de grossier' of 'het grossier'?
Het is 'de grossier', want grossier is mannelijk. Als je het aanwijst is het 'die grossier'.
Wat betekent grossier?
'iemand die in het groot verkoopt, een groothandelaar'
Hoe spel je grossier?
grossier spel je G R O S S I E R
Wat is een ander woord voor grossier?
Andere woorden voor grossier zijn groothandel en groothandelaar.

Op andere websites
Zoek grossier op Woordenlijst.org
Zoek grossier op Google
Zoek grossier op Wikipedia