het gezin

zelfst.naamw.

Uitspraak:	[xəˈzɪn]
Afbreekpatroon:	ge·zin
Verbuigingen:	gezinnen (meerv.)

ouders met hun kinderen

Voorbeelden:	`in een groot gezin met zes kinderen opgroeien`, `arbeidersgezin`
eenoudergezin	(gezin zonder vader of moeder)

familie   huisgezin   

• 'Gezin' is de term voor alle samenlevingsvormen die een herkenbare sociale eenheid zijn, met al dan niet verwante personen die duurzame en affectieve banden hebben en elkaar onderling steun en verzorging verlenen. Het moderne (westers-getinte) gezin is een kerngezin, waarbij de partners kiezen waar ze wonen, ...
• (Eng: family) De term heeft niet alleen betrekking op het kerngezin, maar ook op andere verwanten of degenen die nauw bij een samenlevingsvorm betrokken zijn. De VN-verdragen van 1966 noemen het gezin de natuurlijke en fundamentele eenheid van de samenleving. Zij garanderen o.m. het recht op het stichten en o...
• •een huishouden bestaande uit een man, een vrouw en kinderen.
• man, vrouw en kinderen vb: hij komt uit een groot gezin Synoniem: familie
• 1) Familiegroep 2) Familie 3) Samenlevingsvorm 4) Ouders en kinderen 5) Huishouding 6) Gezamenlijke huisgenoten 7) Huishouden met kinderen 8) Huishouden

Toon uitgebreidere definities

• gezind• gezinde• gezindheid• gezindte• gezinsauto• gezinsbijslag• gezinscoach• gezinscrisis• gezinsdrama• gezinsdynamiek• gezinsgeluk• gezinshoofd• gezinshuis• gezinsinkomen• gezinsleven• gezinslid• gezinsmanager• gezinspak• gezinspartij• gezinsplanning
• Toon alle woorden die beginnen met gezin

• eenoudergezin• pleeggezin• woonwagengezin• time-outgezin• succesgezin• stiefgezin• spitsuurgezin• spijtgezin• sologezin• samengesteld gezin• regenbooggezin• probleemgezin• patchworkgezin• opvoedgezin• nuloudergezin• netwerkgezin• mozaïekgezin• mikadogezin• meeroudergezin• kerngezin
• Toon alle woorden die eindigen op gezin

gezin (ouders met hun kinderen)

Is het 'de gezin' of 'het gezin'?

Het is 'het gezin', want gezin is onzijdig. Als je het aanwijst is het 'dat gezin'.

Wat is het meervoud van gezin?

Het meervoud van gezin is 'gezinnen'. Eén gezin, twee gezinnen.

Wat betekent gezin?

'ouders met hun kinderen'

Hoe spel je gezin?

gezin spel je G E Z I N

Wat is een ander woord voor gezin?

Andere woorden voor gezin zijn familie en huisgezin.

Zoek gezin op Woordenlijst.org
Zoek gezin op Google
Zoek gezin op Wikipedia