fantaseren

werkw.

Uitspraak:	[fɑntaˈzerə(n)]
Afbreekpatroon:	fan·ta·se·ren
Vervoegingen:	fantaseerde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft gefantaseerd (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

(dingen die niet waar zijn) in je gedachten bedenken

Voorbeelden:	`Hij fantaseert de gekste dingen.`, `fantaseren over de toekomst`
Synoniem:	verzinnen

Synoniemen

4 definities op Encyclo

Let op: Spelling van 1858 willekeurig, naar zijn gevoel en zijne invallen, voor de vuist spelen. Zie phantaseren en phantasie
1) Voorwenden 2) Duimzuigen 3) Bazelen 4) IJlen 5) Uitdenken 6) Onwaarheden zeggen 7) Fabuleren 8) Raaskallen 9) Dagdromen 10) Verzinnen 11) Zich droombeelden scheppen 12) Bedenken 13) Zich inbeelden 14) Liegen 15) Zijn verbeelding de vrije loop laten 16) Verbeelden 17) Verdichten 18) Opdissen
de verbeelding de vrije loop laten
Fantaseren is in droombeelden denken, in het wilde weg dingen verzinnen . [basiswoordenlijst groep 4]

Herkomst volgens etymologiebank.nl

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker

De verleden tijd van fantaseren is 'fantaseerde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft gefantaseerd'.

'(dingen die niet waar zijn) in je gedachten bedenken'

fantaseren spel je F A N T A S E R E N

Andere woorden voor fantaseren zijn bazelen, bedenken, opdissen, raaskallen, uitdenken, verdichten, verzinnen en voorwenden.

Op andere websites

Recentelijk gezocht