de economie
zelfst.naamw. (v.)
| Uitspraak: | [ekonoˈmi] |
| Afbreekpatroon: | eco·no·mie |
| Verbuigingen: | economieën (meerv.) |
(studie van) de manier waarop inkomsten en uitgaven van een land functioneren | Voorbeeld: | `een gezonde economie` | |
| Synoniem: | staathuishoudkunde |
| een geleide economie | (systeem waarbij de overheid een belangrijke rol speelt) |
| informele economie | (dat deel van de economie dat niet in de officiële statistieken is opgenomen) |
Synoniemen
boerenbedrijf economiestu economiestudie landhuishoudkunde staathuishoudkun staathuishoudkunde volkshuishouding zuinigheid Spreekwoorden en zegswijzen
• de
economie zit in de lift
(=de economie groeit)Naar de spreekwoorden24 definities op Encyclo
- Het begrip economie heeft meerdere betekenissen, namelijk ( > economie)
- maatregelen die erop gericht zijn inkomsten en uitgaven zo gunstig mogelijk te besteden vb: dit land heeft een zwakke economie
- Let op: Spelling van 1858 Fr., (voorheen schreef men oeconomie) huishoudelijkheid, huishoudkunde. Économe, économist, iemand, die een goed bestuur over het huishouden heeft, ook een huishoudkundige. Économisch, dat tot de huishoudkunde behoort, ook hetgeen met overleg en zuinigheid bestuurd wordt: de écon...
- (systeem) De manier waarop de economie van een land is ingericht: de geschreven en ongeschreven regels die gelden bij de allocatie. Hoe wordt bepaald wat wordt geproduceerd, wie is eigenaar van productiemiddelen, wie beslist, wie profiteert, wie betaalt? Voorbeelden: Kapitalisme, Mercantilisme, Kolonialisme, ...
- 1) Spaarzaamheid 2) Staathuishoudkunde 3) Economiestudie 4) Welvaartsleer 5) Staatshuishoudkunde 6) Wetenschap 7) Tak van wetenschap 8) Maatschappijwetenschap 9) Studierichting 10) Regeringsstelsel 11) Sociale wetenschap 12) Vak op school 13) Zuinigheid 14) Academische faculteit 15) Huishoudkunde 16) Volkshui...
Toon uitgebreidere definitiesDeze woorden beginnen met economie:
•
economieboek•
economiejournalist•
economiekatern•
economieleraar•
economielerares•
economieles•
economielokaal•
economieminister•
economieonderwijs•
economieprofessor•
economiestudentDeze woorden eindigen op economie:
•
aanbodeconomie•
kenniseconomie•
macro-economie•
markteconomie•
micro-economie•
overlegeconomie•
planeconomie•
vrijemarkteconomie•
wereldeconomie•
zeepbeleconomie•
wegwerpeconomie•
waterstofeconomie•
vierentwintiguurseconomie•
oorlogseconomie•
netwerkeconomie•
milieueconomie•
maffia-economie•
kringloopeconomie•
interneteconomie•
geldeconomieHerkomst volgens etymologiebank.nl
economie (huishoudkunde)Taaladvies
Met of zonder tussenstreepje; schrijf je een koppelteken bij een klinkerbotsing tussen de delen van een samenstelling?
Zie groei-economie / groei economieVraag & Antwoord voor je slimme speaker
Is het 'de economie' of 'het economie'?
Het is 'de economie', want economie is vrouwelijk. Als je het aanwijst is het 'die economie'.
Wat is het meervoud van economie?
Het meervoud van economie is 'economieën'. Eén economie, twee economieën.
Wat betekent economie?
'(studie van) de manier waarop inkomsten en uitgaven van een land functioneren'
Hoe spel je economie?
economie spel je E C O N O M I E
Wat is een ander woord voor economie?
Andere woorden voor economie zijn boerenbedrijf, economiestu, economiestudie, landhuishoudkunde, staathuishoudkun, staathuishoudkunde, volkshuishouding en zuinigheid.Op andere websites
Zoek
economie op Woordenlijst.org
Zoek
economie op Google
Zoek
economie op Wikipedia