dribbelen

werkw.
Uitspraak:  [ˈdrɪbələ(n)]
Afbreekpatroon:  drib·be·len
Vervoegingen:  dribbelde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft gedribbeld (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

met kleine pasjes lopen
Voorbeelden:  `De kleuter dribbelt de kamer door.`,
`Dribbelen is een tactiek in het voetbalspel.`


Synoniemen
draven   

4 definities op Encyclo
  • luien (van drie klokken in akkoord) - Voorbeeld: ‘Bij de eerste geweldige ronkslag en het daarop volgende dribbelen der klokken, krijgt Prutske een davering over het lijf’
  • 1) Basketbalterm 2) Sportterm 3) Term uit de basketbalsport 4) Pingelen 5) Met vlugge pasjes lopen 6) Voetbalterm 7) Draven
  • met de bal lopen - Jaar van herkomst: 1914 (GVD ) met kleine passen lopen - Jaar van herkomst: 1412 (MNW )
  • met kleine passen lopen, met de bal lopen
Toon uitgebreidere definities

Herkomst volgens etymologiebank.nl
dribbelen (met kleine pasjes lopen; de bal met kleine tikjes vooruitbrengen)

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van dribbelen?
De verleden tijd van dribbelen is 'dribbelde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft gedribbeld'.
Wat betekent dribbelen?
'met kleine pasjes lopen'
Hoe spel je dribbelen?
dribbelen spel je D R I B B E L E N
Wat is een ander woord voor dribbelen?
Een ander woord dribbelen is draven.

Op andere websites
Zoek dribbelen op Woordenlijst.org
Zoek dribbelen op Google
Zoek dribbelen op Wikipedia