de draai

zelfst.naamw. (m.)

Uitspraak:	[draj]
Verbuigingen:	draaien (meerv.)

1) keer dat iets draait

Voorbeeld:	`Het vliegtuig maakt een draai naar rechts.`
Synoniem:	bocht
een draai (aan iets) geven	((een situatie) een beetje anders voorstellen dat hij is)

2)

je draai niet kunnen vinden

(je niet prettig voelen) `Ik woon hier al lang, maar ik kan mijn draai nog niet vinden.`

3)

een draai om je oren krijgen

(een klap op je hoofd krijgen) `Hou op, anders krijg je een draai om je oren.`

aanpak   bocht   draaiing   kink   knoop   kromming   kromte   kronkel   lel   lus   lusvormige kromming   omdraaiing   ronding   twist   verdraaiing   wending   

• te haaien en te draaien lopen (=doelloos ronddwalen)
• met hem kan men geen spies draaien (=met hem valt niet samen te werken)
• met alle winden draaien (=altijd iedereen gelijk geven)
• je draai vinden (=zijn plekje vinden)
• je draai niet kunnen vinden (=ergens niet kunnen aarden)
Toon alle 16 spreekwoorden die draai bevatten

• [Soldatentaal, 1914] zijn draai hebben: vroolijk zijn. Wellicht van het draait; het heeft leven - dat geeft vroolijkheid.
• 1.(fig) gang van zaken, verloop, beweging, sleur Voorbeeld: ‘Hij gromde op zijn eigen lamheid die hem hier gebonden hield in de draai van het verdrietig bedrijf’ 2.(uitdr.): Voorbeeld: ‘in één draai: met één (zelfde) snelle beweging zonder tussenpoos (WNT) Voorbeeld: ‘Nu in één draai, zonder wa...
• keer dat iemand draait vb: we maakten een draai in de draaimolen er een draai aan geven [het zo vertellen dat het waar lijkt] een draai om je oren [klap tegen je hoofd] ergens je draai vinden [je er op je gemak gaan voelen]
• [Let op: Spelling en uitleg uit 1890] in Drenthe de smalle bruggetjes over de vaarten, omdat zij, als een schip moet doorvaren, ter zijde worden gedraaid.
• [Vergeten woorden] (bn.) halsstarrig, hardnekkig, koppig [= Drents drao, IJslands þrár, ~ dringen, drengen]

Toon uitgebreidere definities

• draai-inversieas• draai-kiepraam• draaibaar• draaibank• draaibeitel• draaibeweging• draaiboek• draaiboom• draaibrug• draaicirkel• draaidag• draaideur• draaideurcrimineel• draaideurdocent• draaideureffect• draaidop• draaien• draaiend• draaier• draaierig
• Toon alle woorden die beginnen met draai

• uitdraai• menu-uitdraai• in een handomdraai• handomdraai• gedraai• computeruitdraai
• Toon alle woorden die eindigen op draai

draai

Is het 'de draai' of 'het draai'?

Het is 'de draai', want draai is mannelijk. Als je het aanwijst is het 'die draai'.

Wat is het meervoud van draai?

Het meervoud van draai is 'draaien'. Eén draai, twee draaien.

Wat betekent draai?

'keer dat iets draait' en '' en ''

Hoe spel je draai?

draai spel je D R A A I

Wat is een ander woord voor draai?

Andere woorden voor draai zijn aanpak, bocht, draaiing, kink, knoop, kromming, kromte, kronkel, lel, lus, lusvormige kromming, omdraaiing, ronding, twist, verdraaiing en wending.

Zoek draai op Woordenlijst.org
Zoek draai op Google
Zoek draai op Wikipedia