doorwerken

werkw.

Uitspraak:	['dorwɛrkə(n)]
Afbreekpatroon:	door·wer·ken
Vervoegingen:	werkte door (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft doorgewerkt (volt.deelw.)

1) langer doorgaan met werken

Voorbeelden:

`Het is tijd om naar huis te gaan, maar ik blijf nog even doorwerken.`, `Door de vergrijzing moeten mensen langer doorwerken na hun 65ste.`

2) invloed hebben op (iets)

Voorbeelden:	`Regels van de Europese Unie werken door in nationale regelgeving.`, `Problemen met schoonouders werken door op onze relatie.`
Synoniem:	beïnvloeden

3) helemaal bekijken of doorlezen

Voorbeeld:	`dikke rapporten doorwerken voor de vergadering`
Synoniem:	doornemen

• aan het werk blijven vb: hij is zestig, maar mag nog een paar jaar doorwerken het werk niet onderbreken vb: omdat het niet regende, konden de schilders doorwerken snel en goed blijven werken vb: je moet wel doorwerken, anders krijg je geen loon ergens invloed op hebben vb: het effect van de actie werkte nog j...
• 1) Aanpoten 2) Doormaken
• voortgaan met werken

Toon uitgebreidere definities

1. Waar komt de zegswijze pootaan spelen vandaan? Zie Pootaan spelen
2. Waar komt de uitdrukking van wanten weten vandaan en wat wordt ermee bedoeld? Zie Van wanten weten

Wat is de verleden tijd van doorwerken?

De verleden tijd van doorwerken is 'werkte door'. Het voltooid deelwoord is 'heeft doorgewerkt'.

Wat betekent doorwerken?

'langer doorgaan met werken' en 'invloed hebben op (iets)' en 'helemaal bekijken of doorlezen'

Hoe spel je doorwerken?

doorwerken spel je D O O R W E R K E N

Zoek doorwerken op Woordenlijst.org
Zoek doorwerken op Google
Zoek doorwerken op Wikipedia