de donderdag

zelfst.naamw. (m.)
Uitspraak:  [ˈdɔndərdɑx]
Afbreekpatroon:  don·der·dag
Verbuigingen:  donderdagen (meerv.)

vierde dag van de week


6 definities op Encyclo
  • •een dag van de week die na woensdag en voor vrijdag komt.
  • de vierde dag van de week vb: donderdagavond is in veel steden koopavond
  • 1) Deel van een week 2) Weekdag 3) Deel van de week
  • vierde dag van de week
  • vijfde dag van de week
Toon uitgebreidere definities

Deze woorden beginnen met donderdag:
donderdagavonddonderdagmarktdonderdagmiddagdonderdagmorgendonderdagnachtdonderdagnamiddagdonderdagochtenddonderdagsdonderdagsavondsdonderdagsmiddagsdonderdagsmorgensdonderdagsnachtsdonderdagsochtendsdonderdagvoormiddag

Herkomst volgens etymologiebank.nl
donderdag (vijfde dag van de week)

Taaladvies
  1. Schrijf je woorden waarmee we de tijd indelen, zoals dagdelen, dagen, maanden en seizoenen, klein, of met een hoofdletter? Zie Kleineofhoofdletters bij dagen van de week
  2. Hoe komen we aan de benamingen voor de dagen van de week? Zie donderdag


Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Is het 'de donderdag' of 'het donderdag'?
Het is 'de donderdag', want donderdag is mannelijk. Als je het aanwijst is het 'die donderdag'.
Wat is het meervoud van donderdag?
Het meervoud van donderdag is 'donderdagen'. Eén donderdag, twee donderdagen.
Wat betekent donderdag?
'vierde dag van de week'
Hoe spel je donderdag?
donderdag spel je D O N D E R D A G

Op andere websites
Zoek donderdag op Woordenlijst.org
Zoek donderdag op Google
Zoek donderdag op Wikipedia