dik

bijv.naamw.
Uitspraak:  [dɪk]

1) met een grotere omvang dan normaal
Voorbeelden:  `een dik boek`,
`een dikke boom`,
`Als mensen te veel eten worden ze dik.`,
`een dikke jas tegen de kou`
Antoniem:  dun
dik onder het stof zitten  (bedekt zijn met een dikke laag stof)
een dikke keel  (gezwollen door verkoudheid)

2) (van vloeistoffen) minder vloeibaar dan normaal
Voorbeeld:  `een dikke saus`
Antoniem:  dun

3) (van gas en lucht) dichter dan normaal en daardoor zichtbaarder
Voorbeelden:  `dikke rook`,
`dikke mist`,
`dikke regenwolken`
Synoniem:  zwaar

4) belangrijker lijkend dan het is
Voorbeelden:  `dik doen`,
`een dikke auto`
Synoniem:  gewichtig

5)
er dik bovenop liggen  (heel duidelijk zijn wat de bedoeling is) `Het ligt er dik bovenop dat hij ons weg wil hebben.`

6)
je dik maken over iets  (boos worden over iets)

7)
het zit er dik in dat ...  (het is heel waarschijnlijk dat ...)

8)
dikke vrienden  (mensen die elkaar erg aardig vinden)


Synoniemen
bezinksel   bol   corpulent   dof   drab   droesem   flink   gezet   grondsop   kortademig   lijvig   moer   opgeblazen   pafferig   reclameachtig   ruim   stroperig   vadsig   vet   vlaagsgewijs   zetsel   zwaar van lijf   zwaarlijvig   dun (antoniem)   slank (antoniem)   

Spreekwoorden en zegswijzen
• zo dik als een pad (=erg dik)
• zo dik als een mol (=erg dik)
• wat de een niet lust, daar eet een ander zich dik aan. (=smaken verschillen.)
• van dik hout zaagt men planken (=niet al te nauwkeurig of zorgvuldig werken)
• liever te dik in de kist dan een feestje gemist (=plezier hebben is belangrijker dan lang leven)
Toon alle 11 spreekwoorden die dik bevatten

Intensiveringen
Hoe kun je met dik een ander begrip versterken?
dik behaard; dik bevriend; dik tevreden; dik verdienen; dik verliezen; dik voor elkaar; dik voor mekaar; dikke ambras; dikke kans; dikke lol; dikke mist; dikke pret; dikke proficiat; dikke trammelant; dikke voldoende; dikke vrienden; door dik en dun steunen; dubbel en dik verdienen; het vriest een steen dik; dikke knuffel; dikke tieten; dikke vlokken; dikke pech
Hoe kun je dik krachtiger uitdrukken?
armdik; dik als een pad; dik als een telefoonboek; dik als erwtensoep; dik als kabeltouw; dubbeldik; duimendik; vuistdik
Uitdrukkingen die dik betekenen (waarin het woord zelf niet voorkomt):
een buikje hebben; rond als een balletje; tonnetjerond; tonrond; vet als bagger; vet als een varken; vet als modder;

10 definities op Encyclo
  • Uit `De lagere vaktalen: Diamantbewerking` 1914 hetgeen van onder of van boven of aan beide kanten niet in de juiste verhouding ligt, te weinig geslepen is om de noodige straalbreking te verkrijgen.
  • (op)gezet
  • (op)gezet Jaar van herkomst: 1089 (Claes )
  • •een naar verhouding grote dwarsdoorsnede hebbend. •de genoemde dwarsdoorsnede hebbend. •een naar verhouding grote lichaamsomvang hebbend. •ruim. •hecht. •nauw aaneengesloten. •weinig vloeibaar.
  • erg breed of met een grote omvang vb: mijn zus is de laatste tijd erg dik een dik belegde boterham [met veel beleg] een dikke huid hebben [ongevoelig zijn] een dikke nek hebben [arrogant zijn, kapsones hebben] een dikke pil [een dik boek] maak je niet dik, dun is de mode [wind je niet op] zich dik maken [zich...
Toon uitgebreidere definities

Deze woorden beginnen met dik:
dikbekdikbetaalddikbildikbuikdikdoenerdikdoenerijdikheiddikhuiddikke darmdikkedarmkankerdikkendikkenekdikkentaksdikkerddikketruiendagdikkevingerfoutdikkigdikmakenddikmakerdikoor
Toon alle woorden die beginnen met dik

Deze woorden eindigen op dik:
vuistdikvingerdiktoddikrijendikpolsdikpesachdikmetersdikkoffiedikjontefdikedikduimdikdubbeldikdriedikchometsdik
Toon alle woorden die eindigen op dik

Herkomst volgens etymologiebank.nl
dik (van grote omvang)

Taaladvies
  1. Is het werkwoord verdikken correct gebruikt in een zin als: Je bent een beetje verdikt? Zie Verdikken / dik worden, aankomen
  2. Schrijf je michelinmannetje (`klein, dik mannetje`) met een hoofdletter, of met een kleine letter? Zie michelinmannetje / Michelinmannetje


Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat betekent dik?
'met een grotere omvang dan normaal' en '(van vloeistoffen) minder vloeibaar dan normaal' en '(van gas en lucht) dichter dan normaal en daardoor zichtbaarder' en 'belangrijker lijkend dan het is' en '' en '' en '' en ''
Hoe spel je dik?
dik spel je D I K
Wat is een ander woord voor dik?
Andere woorden voor dik zijn bezinksel, bol, corpulent, dof, drab, droesem, flink, gezet, grondsop, kortademig, lijvig, moer, opgeblazen, pafferig, reclameachtig, ruim, stroperig, vadsig, vet, vlaagsgewijs, zetsel, zwaar van lijf en zwaarlijvig.
Wat is het tegenovergestelde van dik?
Antoniemen van dik zijn dun en slank.

Op andere websites
Zoek dik op Woordenlijst.org
Zoek dik op Google
Zoek dik op Wikipedia