decoderen

werkw.

Uitspraak:	[deko'derə(n)]
Afbreekpatroon:	de·co·de·ren
Vervoegingen:	decodeerde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft gedecodeerd (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

(gecodeerde informatie) omzetten in leesbare of zichtbare informatie

Voorbeelden:	`geheimschrift decoderen`, `versleutelde gegevens decoderen`
Antoniem:	coderen
Synoniem:	ontcijferen

Synoniemen

8 definities op Encyclo

Ontcijferen of ontsleutelen. De betekenis van een code kunnen herkennen. Bij leren lezen gaat het bijv. om het herkennen van letters (die klanken voorstellen); dit zijn visuele codes.
(=) scoren verwachting inlossen. Onderdeel van een toneelstuk: coderen, stapelen, scoren
1) Terugvertalen 2) Ontcijferen 3) Dechiffreren 4) In gewoon schrift overbrengen
Abstract: Het ontsleutelen van woorden, tekens omzetten in klanken: lezen (wordt in de praktijk zowel voor lezen als voor spellen gebruikt).
Het omvormen van een ontvangen bericht tot een zinvolle boodschap.

Herkomst volgens etymologiebank.nl

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker

De verleden tijd van decoderen is 'decodeerde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft gedecodeerd'.

'(gecodeerde informatie) omzetten in leesbare of zichtbare informatie'

decoderen spel je D E C O D E R E N

Andere woorden voor decoderen zijn dechiffreren en ontcijferen.

Op andere websites

Recentelijk gezocht