Zoek

dagen

werkw.
Uitspraak:  [ˈdaxə(n)]
Afbreekpatroon:  da·gen
Vervoegingen:  daagde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft gedaagd (volt.deelw.)

1)
het begint me te dagen  (ik begin het te begrijpen)

2)
iemand voor de rechter dagen  (iemand oproepen om voor de rechter te komen)


Synoniemen
aanbreken   aanbreken van de dag   begrijpen   dagvaarden   uitdagen   voor het gerecht ontbieden   voor het gerecht roepen   

Spreekwoorden en zegswijzen
• wanneer de boeren niet meer klagen, nadert het einde der dagen (=boeren klagen altijd)
• tot in lengte van dagen (=tot het einde der tijden)
• in de dagen van olim (=in vroeger dagen)
• het is alle dagen visdag maar geen vangdag (=als de buit of vangst tegen valt)
• gasten en vis blijven maar drie dagen fris. (=je moet als gast niet te lang blijven.)
Toon alle 10 spreekwoorden die dagen bevatten

5 definities op Encyclo
  • [Let op: Spelling en uitleg uit 1890] (Het loopt op 't laatst der) (vgl. 2 Petr. III:3). Schertsend gezegd, om te kennen te geven, òf dat de tijd van iemands verblijf of voorbereiding haast voorbij is, òf dat er verschijnselen zijn, die op naderenden afloop wijzen.
  • 1) Etmalen 2) Een week telt er zeven 3) Zich beginnen te vertonen 4) Niet weken of maanden 5) Krieken 6) Gaan begrijpen 7) Ontbieden 8) Begrijpen 9) Licht worden 10) Periodes van daglicht 11) Kalenderonderdelen 12) Aanbreken 13) Lichtperiodes op aarde 14) Voor het gerecht roepen 15) 24-uurs intervallen
  • Dagen is een Engelse jongensnaam. Het betekent `dag`. Extra info: Daeg, Daegan, Dag, Dagan, Dagen, Dagr
  • oproepen Jaar van herkomst: 1240 (Bern. )
  • uitdagen
Toon uitgebreidere definities

Deze woorden beginnen met dagen:
• dagenlang

Deze woorden eindigen op dagen:
• hondsdagen• hoogtijdagen• levensdagen• nadagen• opdagen• uitdagen• verdagen• dezer dagen

Herkomst volgens etymologiebank.nl
  1. dagen (dag worden)
  2. dagen (oproepen)


Taaladvies
Is 7 dagen op 7 een correcte uitdrukking? Zie 7 dagen op 7 / zeven dagen per week / elke dag

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van dagen?
De verleden tijd van dagen is 'daagde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft gedaagd'.
Hoe spel je dagen?
dagen spel je D A G E N
Wat is een ander woord voor dagen?
Andere woorden voor dagen zijn aanbreken, aanbreken van de dag, begrijpen, dagvaarden, uitdagen, voor het gerecht ontbieden en voor het gerecht roepen.

Op andere websites
Zoek dagen op Woordenlijst.org
Zoek dagen op Google
Zoek dagen op Wikipedia