daarop

bijwoord

Uitspraak:	[dar'ɔp]
Afbreekpatroon:	daar·op

1) op wat je noemt of op dat waar je naar wijst

Voorbeelden:

`Op je bureau. Je hebt het zelf daarop gelegd.`, `Die fiets? Daarop kan ik niet fietsen.`, `Dat is een pittig verwijt. Wat heb je daarop te zeggen?`, `Wat een pech, daarop hadden we niet gerekend.`

2) na een bepaald tijdstip

Voorbeeld:	`We dronken een biertje. Daarop ging iedereen naar huis.`
Synoniemen:	vervolgens, daarna

aansluitend   daarna   

• •op dat, op die. •op een tijdstip vlak na het genoemde. (+audio)
• op dat wat genoemd is vb: hij nodigde ons uit en daarop hadden we niet gerekend
• 1) Spoedig daarna 2) Daaraanvolgend 3) Daarna 4) Opdat 5) Prompt 6) Toen 7) Vervolgens 8) Aansluitend 9) Voornaamwoordelijk bijwoord 10) Bijwoord
• vervolgens

Toon uitgebreidere definities

• daaropvolgend

Wat betekent daarop?

'op wat je noemt of op dat waar je naar wijst' en 'na een bepaald tijdstip'

Hoe spel je daarop?

daarop spel je D A A R O P

Wat is een ander woord voor daarop?

Andere woorden voor daarop zijn aansluitend en daarna.

Zoek daarop op Woordenlijst.org
Zoek daarop op Google
Zoek daarop op Wikipedia