de coureur

zelfst.naamw. (m.)

Uitspraak:	[kuˈrɵ:r]
Afbreekpatroon:	cou·reur
Verbuigingen:	coureurs (meerv.)

iemand die wedstrijden rijdt met een fiets, motor of auto

Voorbeeld:

`autocoureur`

renner   wielrenner   

• iemand die wedstrijden rijdt met auto, motor, of fiets vb: de coureur Boltini eindigde als tweede
• 1) Beroep 2) Wielrenner 3) Renner 4) Motorrenner 5) Racer op een motor 6) Racer 7) Deelnemer aan een wielerwedstrijd 8) Wegrenner 9) Hardrijder 10) Sportman 11) Sportbeoefenaar 12) Rijwielhardrijder 13) Rijder 14) Fabrieksrijder 15) Autoracer 16) Autorenner
• Vlaams voor het Nederlandse woord ` wielrenner`
• wielrenner, autorenner Jaar van herkomst: 1934 (KWT )

Toon uitgebreidere definities

• autocoureur• oud-coureur• motorcoureur

coureur (wiel-, motor-, autorenner)

Is het 'de coureur' of 'het coureur'?

Het is 'de coureur', want coureur is mannelijk. Als je het aanwijst is het 'die coureur'.

Wat is het meervoud van coureur?

Het meervoud van coureur is 'coureurs'. Eén coureur, twee coureurs.

Wat betekent coureur?

'iemand die wedstrijden rijdt met een fiets, motor of auto'

Hoe spel je coureur?

coureur spel je C O U R E U R

Wat is een ander woord voor coureur?

Andere woorden voor coureur zijn renner en wielrenner.

Zoek coureur op Woordenlijst.org
Zoek coureur op Google
Zoek coureur op Wikipedia