convoceren

werkw.

Uitspraak:	[kɔnvo'serə(n)]
Afbreekpatroon:	con·vo·ce·ren
Vervoegingen:	convoceerde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft geconvoceerd (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

oproepen voor een vergadering of bijeenkomst ^formeel

Voorbeeld:

`commissieleden convoceren voor een vergadering`

bijeenroepen   samenroepen   

• 1) Bijeenroepen 2) Samenroepen 3) Doen bijeenkomen 4) Oproepen
• producentengedrag: bijeenroeping van de algemene vergadering van aandeelhouders;van belang ...
• vennootschapsrecht: bijeenroeping van de algemene vergadering van aandeelhouders;omzendbrief waarmee alle leden worden opgeroepen ...

Toon uitgebreidere definities

convoceren (bijeenroepen )

Wat is de verleden tijd van convoceren?

De verleden tijd van convoceren is 'convoceerde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft geconvoceerd'.

Wat betekent convoceren?

'oproepen voor een vergadering of bijeenkomst'

Hoe spel je convoceren?

convoceren spel je C O N V O C E R E N

Wat is een ander woord voor convoceren?

Andere woorden voor convoceren zijn bijeenroepen en samenroepen.

Zoek convoceren op Woordenlijst.org
Zoek convoceren op Google
Zoek convoceren op Wikipedia