de constructie

zelfst.naamw. (v.)

Uitspraak:	[kɔnˈstrʏksi]
Afbreekpatroon:	con·struc·tie
Verbuigingen:	constructies (meerv.)

1) het bouwen (van iets) uit onderdelen

Voorbeeld:

`fabriek voor de constructie van motoren`

2) manier waarop iets uit onderdelen gemaakt is

Voorbeeld:

`dakconstructie`

aanleg   bouw   fabricage   maaksel   makelij   montage   opbouw   opbouwen   samengesteld geheel   samenstel   samenstelling   structuur   

• (1) iets wat in elkaar is gezet door twee of meer delen samen te voegen; (2) het in elkaar zetten van iets door twee of meer delen samen te voegen.
• de manier waarop iets in elkaar zit vb: de constructie van die steiger is niet stevig Synoniem: bouw
• Def.: het hoofdonderdeel van een object. Toelichting: Voorbeeld van gebruik: betonconstructie, staalconstructie, buisconstructie, kokerconstructie.
• Def.: wat door construeren ontstaan is
• 1) Geraamte 2) Samenstel 3) Inrichting 4) Samenstelling 5) Samenstelsel 6) Het bouwen 7) Montage 8) Makelij 9) Wederopbouw 10) Bouwtrant 11) Bouw 12) Werkstuk 13) Fabricage 14) Zinsbouw 15) Samengesteld geheel 16) Structuur 17) Woordschikking 18) Schikking van de delen 19) Frame 20) Aanleg 21) Opbouw

Toon uitgebreidere definities

• constructiebankwerker• constructiebedrijf• constructief• constructiefout• constructieleer• constructielijm• constructiemateriaal• constructiemethode• constructieprincipe• constructieprobleem• constructiestaal• constructietekenaar• constructietekening• constructiewerkplaats

• dakconstructie• reconstructie• sterfhuisconstructie• zinsconstructie• wegreconstructie• tangconstructie• staalconstructie• schijnconstructie• sale-and-lease-backconstructie• metaalconstructie• kooiconstructie• kapconstructie• houtconstructie• hangconstructie• gedoogconstructie• financieringsconstructie• draagconstructie• deconstructie• buizenconstructie• brugconstructie

constructie (bouw, bouwsel)

Is het 'de constructie' of 'het constructie'?

Het is 'de constructie', want constructie is vrouwelijk. Als je het aanwijst is het 'die constructie'.

Wat is het meervoud van constructie?

Het meervoud van constructie is 'constructies'. Eén constructie, twee constructies.

Wat betekent constructie?

'het bouwen (van iets) uit onderdelen' en 'manier waarop iets uit onderdelen gemaakt is'

Hoe spel je constructie?

constructie spel je C O N S T R U C T I E

Wat is een ander woord voor constructie?

Andere woorden voor constructie zijn aanleg, bouw, fabricage, maaksel, makelij, montage, opbouw, opbouwen, samengesteld geheel, samenstel, samenstelling en structuur.

Zoek constructie op Woordenlijst.org
Zoek constructie op Google
Zoek constructie op Wikipedia