compact

bijv.naamw.

Uitspraak:	[kɔmˈpɑkt]
Afbreekpatroon:	com·pact

1) dicht op elkaar gedrukt

Voorbeeld:

`gehakt, ei en kruiden tot een compacte massa kneden`

2) klein

Voorbeeld:

`Een compacte radio is makkelijk mee te nemen.`

aaneengesloten   bondig   compres   dicht   gesloten   hecht   samengedrongen   

• (compres / compact) Zo wordt zetsel genoemd waarbij tussen de gezette regels geen losse interlinie is aangebracht (ook: platzetsel).
• •ruimte beperkende uitvoering, gedrongen. (+audio)
• dicht op elkaar, zonder tussenruimte vb: het is een compact fototoestel
• Let op: Spelling van 1858 digt, vast, ineengedrongen
• 1) Opeen 2) Dicht ineen 3) Weinig ruimte innemend 4) Massief 5) Aaneengesloten 6) Zonder tussenruimte 7) Dicht 8) In elkaar 9) Dicht opeen 10) Stevig 11) Samengedrongen 12) Samengepakt 13) Ineengedrongen 14) Dicht op elkaar 15) Dicht ineengedoken 16) Dicht ineengedrongen 17) Nauw verbonden 18) Hecht

Toon uitgebreidere definities

• compact disc• compactcamera• compactdisc• compactdisk• compacteren• compactheid• compactor

compact (vast, dicht)

Wat betekent compact?

'dicht op elkaar gedrukt' en 'klein'

Hoe spel je compact?

compact spel je C O M P A C T

Wat is een ander woord voor compact?

Andere woorden voor compact zijn aaneengesloten, bondig, compres, dicht, gesloten, hecht en samengedrongen.

Zoek compact op Woordenlijst.org
Zoek compact op Google
Zoek compact op Wikipedia