buigen

werkw.
Uitspraak:  [ˈbœyxə(n)]
Afbreekpatroon:  bui·gen
Vervoegingen:  boog (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft gebogen (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

1) de vorm (van iets) veranderen
Voorbeeld:  `de knieën buigen`
het is buigen of barsten  (je kunt beter een beetje toegeven)

2) (voor iemand) je hoofd en schouders naar beneden doen uit beleefdheid
Voorbeeld:  `voor de koning buigen`

3) niet meer rechtdoor gaan
Verbuigingen:  is gebogen ()
Voorbeeld:  `De weg buigt naar links.`

4)
zich buigen over (iets moeilijks)  (ingespannen denken over) `zich buigen over een probleem` Synoniem: bestuderen


Synoniemen
aflopen   bukken   eer betuigen   eerbied tonen   hellen   knikken   krom buigen   krombuigen   krommen   overhellen   toegeven   welven   

Spreekwoorden en zegswijzen
• het wordt buigen of barsten (=het ergens op wagen)
• het takje buigen als het nog jong is (=goede gewoonten leert men het beste op jonge leeftijd aan)
• het hoofd buigen (=opgeven - toegeven)
Naar de spreekwoorden

Intensiveringen
Hoe kun je buigen krachtiger uitdrukken?
buigen als een knipmes; diep buigen;

8 definities op Encyclo
  • (in de rotatieoffset) Het plooien van de rand van de plaat in een hoek van 90 graden voor de bevestiging in de plaatcilinder.
  • • [ov] krommend vervormen. • [inerg] een buiging maken. • [refl] "zich ~ over": aandacht besteden aan iets.
  • het krom maken vb: hij buigt het ijzer met een tang het is buigen of barsten [als je niet toegeeft zul je daar spijt van hebben] hij boog als een knipmes voor me [hij was zeer onderdanig]
  • 1) Neigen 2) Kronkelen 3) Krommen 4) Knipmessen 5) Krombuigen 6) Knikken 7) Krinkelen 8) Knielen 9) Stuipen 10) Bukken 11) Voorover hellen 12) Voorover doen hellen 13) Onderwerpen 14) Nijgen 15) Hellen 16) Inflecteren 17) Trekken 18) Overhellen 19) Verkrommen 20) Aflopen 21) Toegeven 22) Welven 23) Duiken
  • Buigen is je rug lichtelijk krommen om iets op te kunnen rapen, want je armen zijn gewoon niet lang genoeg als je niet buigt. Buigen zonder iets op te willen rapen komt ook voor als een teken van onderdanigheid of in sommoge landen (in Japan bijvoorbeeld) als gebaar van hoffelijkheid. [basiswoordenlijst groep...
Toon uitgebreidere definities

Deze woorden beginnen met buigen:
buigend

Deze woorden eindigen op buigen:
afbuigendoorbuigenverbuigenvooroverbuigenuitbuigenrechtbuigenoverbuigenombuigenmeebuigenkrombuigenneerbuigen

Herkomst volgens etymologiebank.nl
buigen (krom maken of worden)

Taaladvies
  1. Wat is het verkleinwoord van buiging: buigingetje of buiginkje? Zie Buigingetje / buiginkje
  2. Wat is juist: `Deze vereniging kan buigen op een lange traditie` of `Deze vereniging kan bogen op een lange traditie`? Zie Bogen / buigen op
  3. Schrijf je nijgen (= buigen) met ei of ij? Zie nijgen / neigen


Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van buigen?
De verleden tijd van buigen is 'boog'. Het voltooid deelwoord is 'heeft gebogen'.
Wat betekent buigen?
'de vorm (van iets) veranderen' en '(voor iemand) je hoofd en schouders naar beneden doen uit beleefdheid' en 'niet meer rechtdoor gaan' en ''
Hoe spel je buigen?
buigen spel je B U I G E N
Wat is een ander woord voor buigen?
Andere woorden voor buigen zijn aflopen, bukken, eer betuigen, eerbied tonen, hellen, knikken, krom buigen, krombuigen, krommen, overhellen, toegeven en welven.

Op andere websites
Zoek buigen op Woordenlijst.org
Zoek buigen op Google
Zoek buigen op Wikipedia