buffelen

werkw.
Uitspraak:  ['bʏfələ(n)]
Afbreekpatroon:  buf·fe·len
Vervoegingen:  buffelde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft gebuffeld (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

1) lang en hard werken
Voorbeeld:  `We moesten hard buffelen voor weinig geld.`

2) veel en gulzig eten
Voorbeeld:  `De wandelaars zaten flink te buffelen.`

Zie ook:  buffel


Synoniemen
aanpoten   afbeulen   bunkeren   ezelen   hard werken   kapotwerken   pezen   schransen   schrokken   sloven   

6 definities op Encyclo
  • (Amsterdams) hard werken
  • 1) Pezen 2) Afrossen 3) Schrokken 4) Schransen 5) Kapotwerken 6) Aanpoten 7) Afbeulen 8) Hard werken 9) Zich hard inspannen 10) Veel eten 11) Bunkeren 12) Smarotsen 13) Gulzig eten 14) Veel en gulzig eten
  • gulzig eten Jaar van herkomst: 1858-1870 (WNT )
  • hard en gestaag werken veel en gulzig eten zich plomp voortbewegen door iets heen, met schade tot gevolg hard en onbehouwen trappen of koppen
  • hard werken
Toon uitgebreidere definities

Herkomst volgens etymologiebank.nl
buffelen (gulzig eten)

Taaladvies
  1. Waar komt de zegswijze je (driemaal) een slag in de rondte werken vandaan? Zie Je een slag in de rondte werken
  2. Waar komt zich de tandjes werken vandaan en wat wordt ermee bedoeld? Zie Zich de tandjes werken


Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van buffelen?
De verleden tijd van buffelen is 'buffelde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft gebuffeld'.
Wat betekent buffelen?
'lang en hard werken' en 'veel en gulzig eten'
Hoe spel je buffelen?
buffelen spel je B U F F E L E N
Wat is een ander woord voor buffelen?
Andere woorden voor buffelen zijn aanpoten, afbeulen, bunkeren, ezelen, hard werken, kapotwerken, pezen, schransen, schrokken en sloven.

Op andere websites
Zoek buffelen op Woordenlijst.org
Zoek buffelen op Google
Zoek buffelen op Wikipedia