de bonk

zelfst.naamw. (m.)

Verbuigingen:	bonken
Verbuigingen:	bonkje

1) harde klont
2) groot bot
3) (overdrachtelijk) stevige kerel
4) grote knikker

Bron: WikiWoordenboek.

brok   brokstuk   eind   knook   lomperik   

• (Bargoens, 1914) leugen
• •(onomatopee) een bonkend geluid. •een harde klont. •(overdrachtelijk) een stevige kerel.
• [Bargoens, boeventaal] leugen, verzinsel.
• 1) Kluif 2) Onbehouwen mens 3) Forsgebouwd man 4) Een doffe slag of botsing 5) Been 6) Klap 7) Klomp 8) Maat 9) Lomperd 10) Klont 11) Klont harde stof 12) Groot stuk 13) Groot onbehouwen stuk 14) Lomp 15) Groot en stevig persoon 16) Mop 17) Mager oud beest 18) Lomperik 19) Groot, onbehouwen stuk 20) Pummel
• klomp, bot Jaar van herkomst: 1477 (Teuth. )

Toon uitgebreidere definities

• bonkelaar• bonkelen• bonken• bonkend• bonker• bonkerig• bonket• bonkig• bonksel

• zeebonk• gebonk

bonk (groot stuk; bot, been)

Is het 'de bonk' of 'het bonk'?

Het is 'de bonk', want bonk is mannelijk. Als je het aanwijst is het 'die bonk'.

Wat betekent bonk?

'harde klont' en 'groot bot' en '(overdrachtelijk) stevige kerel' en 'grote knikker'

Hoe spel je bonk?

bonk spel je B O N K

Wat is een ander woord voor bonk?

Andere woorden voor bonk zijn brok, brokstuk, eind, knook en lomperik.

Zoek bonk op Woordenlijst.org
Zoek bonk op Google
Zoek bonk op Wikipedia