beoordelen

werkw.

Uitspraak:	[bəˈordelə(n)]
Afbreekpatroon:	be·oor·de·len
Vervoegingen:	beoordeelde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft beoordeeld (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

een oordeel geven over

Voorbeelden:

`een leerling beoordelen`, `iemand alleen op zijn uiterlijk beoordelen`

aanslaan   bespreken   inschatten   schatten   

• • [ov] tot een oordeel komen over iets.
• ergens een mening over vormen vb: hoe beoordeel je dat boek?
• 1) Bespreken 2) Beschouwen 3) Bekritiseren 4) Bekijken 5) Recenseren 6) Evalueren 7) Een oordeel vellen 8) Bezien 9) Kritiseren 10) Mening geven 11) Opvatten 12) Opnemen 13) Appreciëren 14) Censeren 15) Aanzien 16) Keuren 17) Inzien 18) Oordeel vellen 19) Aanslaan 20) Censureren 21) Jureren 22) Schouwen
• Beoordelen is toetsen, inspecteren, keuren. [basiswoordenlijst groep 6]
• zich over iets of iemand een oordeel vormen

Toon uitgebreidere definities

1. Is second opinion correct geschreven? Zie second opinion
2. Is feedback correct geschreven? Zie feedback
3. Wat is het meervoud van beoordelaar: beoordelaars of beoordelaren? Zie beoordelaars / beoordelaren

Wat is de verleden tijd van beoordelen?

De verleden tijd van beoordelen is 'beoordeelde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft beoordeeld'.

Wat betekent beoordelen?

'een oordeel geven over'

Hoe spel je beoordelen?

beoordelen spel je B E O O R D E L E N

Wat is een ander woord voor beoordelen?

Andere woorden voor beoordelen zijn aanslaan, bespreken, inschatten en schatten.

Zoek beoordelen op Woordenlijst.org
Zoek beoordelen op Google
Zoek beoordelen op Wikipedia