het been

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [ben]
Verbuigingen:  benen (meerv.)

1) elk van de onderste ledematen van een mens anatomie
Voorbeelden:  `je been breken`,
`met de benen over elkaar`
iets aan je been hebben  (met iets vervelends te maken krijgen)
op je achterste benen staan  (boos op iets reageren)
met je verkeerde been uit bed stappen  (een slecht (ochtend)humeur hebben)
je beste beentje voorzetten  (je best doen)
op eigen benen staan  (zelfstandig zijn)
nog goed ter been zijn  (nog goed kunnen lopen)
slecht ter been zijn  (slecht kunnen lopen)
met één been in het graf staan  (bijna dood zijn)
veel publiek op de been brengen  (veel mensen trekken die komen kijken, luisteren enz.)
iemand op de been helpen  (iemand zó helpen dat hij weer alleen verder kan)
zich op de been houden  (zorgen dat je niet ziek wordt)
op één been kun je niet lopen  (je hebt van veel dingen er twee nodig)
op je laatste benen staan  (uitgeput zijn)
de benen nemen  (vluchten)
je been stijf houden  (koppig zijn)
iemand op het verkeerde been zetten  (iemand misleiden)
weer op de been zijn  (weer zijn hersteld na een ziekte)
iemand tegen het zere been schoppen  (iemand kwetsen)
met beide benen op de grond staan  (realistisch zijn)
even de benen strekken  (een wandelingetje maken)
geen been hebben om op te staan  (geen argumenten hebben)
je benen uit je lijf lopen  (heel hard lopen of werken)
al veel kilometers in de benen hebben  (al veel gelopen hebben)
iemand beentje lichten  (iemand laten struikelen)

2) deel van het skelet
Synoniem:  bot
ergens geen been in zien  (er geen bezwaar tegen hebben, er geen probleem in zien)

3) wat op een been (1) lijkt
Voorbeeld:  `de benen van een paard`
de benen van een passer  (de scharnierende delen van een passer)
de benen van de letter 'M'  (de poten van de letter 'M')


Synoniemen
bot   botbeen   gebeente   ledemaat   onderbeen   poot   

Spreekwoorden en zegswijzen
• weer op de been zijn (=niet langer ziek zijn)
• vlees en been bezitten (=niet mager en eerder groot zijn)
• vel over been zijn (=erg mager zijn)
• tegen het zere been schoppen (=een pijnlijke opmerking maken over iets wat gevoelig ligt)
• steen en been vriezen. (=heel hard vriezen (alles wordt zo hard als steen en botten))
Toon alle 25 spreekwoorden die been bevatten

Intensiveringen
Hoe kun je met been een ander begrip versterken?
steen en been klagen; beendroog; beenhard; hard als been; de benen uit je gat lopen; de benen uit je lijf lopen; de benen vanonder je gat lopen; de benen vanonder je lijf lopen; door merg en been gaan;

12 definities op Encyclo
  • Uit `De lagere vaktalen: De leerlooiers-, zadelmakers- en schoenmakerstaal` 1914 het bovenleer van den schoen bestaande uit den overschoen en de kap.
  • [I] bot [II] onderste lichaamsdeel
  • •ledemaat waarop wordt gestaan en waarmee wordt gelopen. •bot, zelfstandig onderdeel van een geraamte. •stof waaruit benen-botten bestaan.
  • lichaamsdeel vanaf je billen, waarmee je staat of loopt vb: vorig jaar heeft ze haar been gebroken je beste beentje voorzetten [heel erg je best doen] het been stijf houden [niet toegeven] op het verkeerde been zetten [de verkeerde informatie geven, misleiden] op je achterste benen staan [verontwaardigd zijn]...
  • (van een stalen balk) zie: flens
Toon uitgebreidere definities

Deze woorden beginnen met been:
been adam lachaverobeen adam Lamakombeen adam leatsmobeen adam lechaverobeenachtigbeenbederfbeenbeschermerbeenblokbeenbreukbeencelbeendergestelbeendermeelbeenfractuurbeenhakkerbeenhambeenhouwerbeenhouwerijbeenkambeenkapbeenloos
Toon alle woorden die beginnen met been

Deze woorden eindigen op been:
bovenbeendijbeenijsbeenkraakbeenlinkeronderbeenonderbeenscheenbeensleutelbeenzeefbeenwiggenbeenwiggebeenwandbeenvouwbeenvorkbeenvoorhoofdsbeenvoorbeentraanbeentoeristenbeentandbeenstuitbeen
Toon alle woorden die eindigen op been

Herkomst volgens etymologiebank.nl
been (lichaamsdeel)

Taaladvies
Waar komt de zegswijzeergens geen been in zien vandaan? Zie Ergens geen been in zien

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Is het 'de been' of 'het been'?
Het is 'het been', want been is onzijdig. Als je het aanwijst is het 'dat been'.
Wat is het meervoud van been?
Het meervoud van been is 'benen'. Eén been, twee benen.
Wat betekent been?
'elk van de onderste ledematen van een mens' en 'deel van het skelet' en 'wat op een been lijkt'
Hoe spel je been?
been spel je B E E N
Wat is een ander woord voor been?
Andere woorden voor been zijn bot, botbeen, gebeente, ledemaat, onderbeen en poot.

Op andere websites
Zoek been op Woordenlijst.org
Zoek been op Google
Zoek been op Wikipedia