I beamen

werkw.

Uitspraak:	[bəˈamə(n)]
Afbreekpatroon:	be·amen
Vervoegingen:	beaamde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft beaamd (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

zeggen dat je het met iets eens bent of dat het klopt

Voorbeelden:	`beamen dat hij gelijk heeft`, `iets beamen`
Synoniem:	bevestigen

II beamen

werkw.

Uitspraak:	[ˈbiːmə(n)]
Afbreekpatroon:	be·amen
Vervoegingen:	beamde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft gebeamd (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

via een beamer projecteren

Voorbeeld:

`Hebben jullie een beamer en een scherm? Dan zal ik mijn presentatie beamen.`

Synoniemen

Intensiveringen

Hoe kun je beamen krachtiger uitdrukken?
ten volle beamen; volmondig beamen;

5 definities op Encyclo

• [ov] bevestigen dat men het eens is met iets.
er ja op zeggen, zeggen dat het klopt vb: hij beaamde mijn verhaal Synoniemen: bevestigen onderschrijven Tegenstellingen: ontkennen tegenspreken loochenen
1) Instemmen met 2) Instemmen 3) Onderschrijven 4) Geheel en al instemmen 5) Staven 6) Billijken 7) Affirmeren 8) Het eens zijn met 9) Toestemmen 10) Goedkeuren 11) Met iets instemmen 12) Bewijzen 13) Bevestigen 14) Bekrachtigen
Beamen is zeggen dat je het er mee eens bent. [basiswoordenlijst groep 7]
instemmen met Jaar van herkomst: 1678 (WNT )

Deze woorden beginnen met beamen:

Herkomst volgens etymologiebank.nl

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker

De verleden tijd van beamen is 'beaamde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft beaamd'.

'zeggen dat je het met iets eens bent of dat het klopt'

beamen spel je B E A M E N

Andere woorden voor beamen zijn affirmeren, bekrachtigen, bevestigen, billijken, goedkeuren, onderschrijven, staven en toestemmen.

Op andere websites