balanceren

werkw.
Uitspraak:  [balɑnˈserə(n)]
Afbreekpatroon:  ba·lan·ce·ren
Vervoegingen:  balanceerde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft gebalanceerd (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

proberen in evenwicht te blijven
Voorbeeld:  `op de evenwichtsbalk balanceren`
op het randje balanceren  (de grenzen van wat kan of mag opzoeken)


Synoniemen
twijfelen   uitbalanceren   wankelen   

7 definities op Encyclo
  • • [inerg] evenwicht behouden om er niet vanaf te vallen.
  • proberen in evenwicht te blijven vb: de koorddanser balanceerde op de strakke lijn
  • 1) In evenwicht houden 2) Besluiteloos zijn 3) Wankelen 4) Twijfelen 5) Evenredig verdelen 6) Zweven 7) In evenwicht blijven 8) Zich in evenwicht houden 9) Rekening afsluiten 10) Uitbalanceren
  • Balanceren is evenwicht zoeken. [basiswoordenlijst groep 4]
  • een surplace uitvoeren
Toon uitgebreidere definities

Herkomst volgens etymologiebank.nl
balanceren (zich in evenwicht houden)

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van balanceren?
De verleden tijd van balanceren is 'balanceerde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft gebalanceerd'.
Wat betekent balanceren?
'proberen in evenwicht te blijven'
Hoe spel je balanceren?
balanceren spel je B A L A N C E R E N
Wat is een ander woord voor balanceren?
Andere woorden voor balanceren zijn twijfelen, uitbalanceren en wankelen.

Op andere websites
Zoek balanceren op Woordenlijst.org
Zoek balanceren op Google
Zoek balanceren op Wikipedia