het baanvak

zelfst.naamw.

Uitspraak:	['banvɑk]
Afbreekpatroon:	baan·vak
Verbuigingen:	baanvakken (meerv.)

gedeelte van een spoorweg tussen twee stations

Voorbeeld:

`baanvak met aangepaste snelheid voor de treinen`

afstand   baan   etappe   pad   ronde   route   tournee   tracé   traject   weg   

• 1) Deel van een spoorweg 2) Pad 3) Rijstrook 4) Ronde 5) Spoorwegtraject 6) Spoorwegtracé 7) Spoorwegterm 8) Deel van een autoweg 9) Spoortraject 10) Tournee 11) Traject 12) Route 13) Afstand 14) Etappe 15) Tracé 16) Weg
• Een 'baanvak' is een gedeelte spoor tussen twee (grotere) stations. In sommige landen zijn de baanvakken genummerd.
• Gedeelte van de baan tussen twee met name genoemde punten
• strook op een weg die bestemd is voor het rijden in een bepaalde richting; rijstrook afgebakende strook in een zwembad; zwembaan; baan traject over het spoor; deel van een spoorverbinding traject over de weg; deel van een doorgaande route

Toon uitgebreidere definities

Is het 'de baanvak' of 'het baanvak'?

Het is 'het baanvak', want baanvak is onzijdig. Als je het aanwijst is het 'dat baanvak'.

Wat is het meervoud van baanvak?

Het meervoud van baanvak is 'baanvakken'. Eén baanvak, twee baanvakken.

Wat betekent baanvak?

'gedeelte van een spoorweg tussen twee stations'

Hoe spel je baanvak?

baanvak spel je B A A N V A K

Wat is een ander woord voor baanvak?

Andere woorden voor baanvak zijn afstand, baan, etappe, pad, ronde, route, tournee, tracé, traject en weg.

Zoek baanvak op Woordenlijst.org
Zoek baanvak op Google
Zoek baanvak op Wikipedia