automatisch

bijv.naamw.

Uitspraak:	[ɑutoˈmatis, oto'matis]
Afbreekpatroon:	au·to·ma·tisch

1) zonder dat het door mensenhanden wordt bestuurd

Voorbeelden:	`automatische gegevensverwerking`, `automatische ramen`
automatische piloot	(zelfwerkende besturing van een vliegtuig)

2) vanzelf

Voorbeeld:

`Uw abonnement wordt automatisch verlengd.`

3) zonder erbij na te denken

Voorbeeld:

`automatisch een slok nemen`

Synoniemen

8 definities op Encyclo

Uit `De lagere vaktalen: Taal van post-, telegraaf- en telefoonpersoneel` 1914 automatische spreekcel, toestel. Automatisch telefoonnet.
•niet bestuurd door de hand van de mens. •vanzelfgaand. •gedachteloos.
wat vanzelf gaat vb: de deuren gaan automatisch open de automatische piloot [een zelfsturend systeem in een vliegtuig] op de automatische piloot overgaan [terugvallen op je routine]
1) Selfexecuting 2) Selfacting 3) Machinaal 4) Zelfwerkend 5) Willekeurig 6) Mechanisch 7) Zonder nadenken 8) Vanzelfsprekend 9) Vanzelf bewegend 10) Vanzelf 11) Gedachteloos 12) Onwillekeurig 13) Onnadenkend 14) Onbewust 15) Werktuiglijk
Automatisch betekent dat iets vanzelf gaat, bijvoorbeeld de garagedeur gaat als we willen binnenrijden vanzelf open. Mensen voeren bepaalde handelingen ook dikwijls automatisch uit, omdat ze dat gewend zijn. [basiswoordenlijst groep 8]

Deze woorden beginnen met automatisch:

Deze woorden eindigen op automatisch:

Herkomst volgens etymologiebank.nl

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker