attaqueren

werkw.
Uitspraak:  [ɑtɑ'kerə(n)]
Afbreekpatroon:  at·ta·que·ren
Vervoegingen:  attaqueerde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft geattaqueerd (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

verbaal, fysiek of digitaal aanvallen
Voorbeelden:  `een commercial van een artsenorganisatie waarin fastfoodrestaurants geattaqueerd worden`,
`de oppositieleider attaqueren`,
`Vandalen attaqueren een voorbijrijdende auto.`,
`hackers die een internetserver attaqueren`
Synoniem:  aanvallen


Synoniemen
aangrijpen   aantasten   aanvallen   bestormen   overvallen   tackelen   

3 definities op Encyclo
  • 1) Plotseling aanvallen 2) Bestormen 3) Overvallen 4) Aangrijpen 5) Aanvallen 6) Tackelen 7) Aantasten 8) Aanklampen
  • aanvallen
  • aanvallen Jaar van herkomst: 1626 (WNT )
Toon uitgebreidere definities

Herkomst volgens etymologiebank.nl
attaqueren (aanvallen)

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van attaqueren?
De verleden tijd van attaqueren is 'attaqueerde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft geattaqueerd'.
Wat betekent attaqueren?
'verbaal, fysiek of digitaal aanvallen'
Hoe spel je attaqueren?
attaqueren spel je A T T A Q U E R E N
Wat is een ander woord voor attaqueren?
Andere woorden voor attaqueren zijn aangrijpen, aantasten, aanvallen, bestormen, overvallen en tackelen.

Op andere websites
Zoek attaqueren op Woordenlijst.org
Zoek attaqueren op Google
Zoek attaqueren op Wikipedia