arrangeren

werkw.

Uitspraak:	[ɑrãˈʒerə(n)]
Afbreekpatroon:	ar·ran·ge·ren
Vervoegingen:	arrangeerde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft gearrangeerd (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

1) regelen, organiseren

Voorbeeld:

`een ontmoeting met de minister arrangeren`

2) in een bepaald patroon ordenen

Voorbeeld:	`de alinea's anders arrangeren`
Synoniem:	schikken

aanrichten   afspreken   bedisselen   bewerken   groeperen   iets op touw zetten   indelen   inrichten   instrumenteren   ordenen   organiseren   orkestreren   regelen   schikken   systematiseren   

• regelen en laten ontstaan vb: wij arrangeerden een feestje toen hij geslaagd was Synoniemen: organiseren beleggen in een regelmatig patroon neerzetten vb: ik had het zó gearrangeerd dat zijn boeken op alfabet stonden Synoniem: schikken aanpassen aan een bepaald instrument vb: wie heeft deze muziek gearrangee...
• 1) Muzikaal bewerken 2) Bijeenschikken 3) Schikken 4) Regelen 5) Inrichten 6) Regeling maken 7) Regelingen treffen 8) Instrumenteren 9) Systematiseren 10) Bedisselen 11) Ordenen 12) In orde brengen 13) Organiseren 14) Orkestreren 15) Bewerken 16) Rangschikken 17) Groeperen 18) Afspreken 19) Aanrichten
• Het samenstellen van leerobjecten met behulp van leereenheden.
• muzikaal bewerken
• regelen

Toon uitgebreidere definities

arrangeren (regelen, in orde brengen; bewerken van een muziekstuk)

Wat is de verleden tijd van arrangeren?

De verleden tijd van arrangeren is 'arrangeerde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft gearrangeerd'.

Wat betekent arrangeren?

'regelen, organiseren' en 'in een bepaald patroon ordenen'

Hoe spel je arrangeren?

arrangeren spel je A R R A N G E R E N

Wat is een ander woord voor arrangeren?

Andere woorden voor arrangeren zijn aanrichten, afspreken, bedisselen, bewerken, groeperen, iets op touw zetten, indelen, inrichten, instrumenteren, ordenen, organiseren, orkestreren, regelen, schikken en systematiseren.

Zoek arrangeren op Woordenlijst.org
Zoek arrangeren op Google
Zoek arrangeren op Wikipedia