afwassen

werkw.

Uitspraak:	[ˈɑfwɑsə(n)]
Afbreekpatroon:	af·was·sen
Vervoegingen:	waste af (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft afgewassen (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

door wassen schoonmaken

Voorbeeld:

`Glazen kun je beter met de hand afwassen.`

Synoniemen

wassen

Spreekwoorden en zegswijzen

• dat kan al het water van de zee niet afwassen (=daar is niets aan te doen - dat kan je niet wegpraten)
Naar de spreekwoorden

3 definities op Encyclo

met water de eetspullen weer schoonmaken vb: als jij de borden afwast, zal ik ze afdrogen
1) Wassen 2) Schoonmaken 3) Schoonmaakwerk 4) Ploeteren 5) Afnemen 6) Keukenwerk 7) De vaat doen 8) Huishoudelijk karweitje 9) Spoelen 10) Omwassen 11) Reinigen
de afwas doen, door wassen reinigen

Herkomst volgens etymologiebank.nl

Taaladvies

Schrijf je afwasteil met ei of ij? Zie afwasteil / afwastijl

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker

De verleden tijd van afwassen is 'waste af'. Het voltooid deelwoord is 'heeft afgewassen'.

'door wassen schoonmaken'

afwassen spel je A F W A S S E N

Een ander woord afwassen is wassen.

Op andere websites

Recentelijk gezocht