afblijven

werkw.
Uitspraak:  ['ɑvblɛivə(n)]
Afbreekpatroon:  af·blij·ven
Vervoegingen:  bleef af (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  is afgebleven (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

niet aanraken
Voorbeelden:  `Blijf van mijn geld af!`,
`niet van je puistjes kunnen afblijven`


3 definities op Encyclo
  • • [erga] niet aanraken.
  • niet aanraken vb: je moet van die televisie afblijven Tegenstellingen: aankomen aanraken aanroeren
  • 1) Met rust laten 2) Laten liggen 3) Laten gaan 4) Hands off 5) Niet aanzitten 6) Niet aanraken 7) Er niet aankomen 8) Niet pakken 9) Niet aankomen 10) Niet doen
Toon uitgebreidere definities

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van afblijven?
De verleden tijd van afblijven is 'bleef af'. Het voltooid deelwoord is 'is afgebleven'.
Wat betekent afblijven?
'niet aanraken'
Hoe spel je afblijven?
afblijven spel je A F B L I J V E N

Op andere websites
Zoek afblijven op Woordenlijst.org
Zoek afblijven op Google
Zoek afblijven op Wikipedia