aankomen

werkw.
Uitspraak:  [ˈankomə(n)]
Afbreekpatroon:  aan·ko·men
Vervoegingen:  kwam aan (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  is aangekomen (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

1) komen waar je moet zijn
Voorbeeld:  `De trein komt over een kwartier aan.`
Synoniem:  arriveren

2) raken
Voorbeeld:  `Dat akelige bericht is hard bij haar aangekomen.`
Synoniem:  treffen

3) dikker worden
Voorbeeld:  `in een maand vijf kilo aangekomen zijn`
Antoniem:  afvallen

4)
iets zien aankomen  (iets dichterbij zien komen of voorspellen) `het onweer zien aankomen`

5)
het erop laten aankomen  (niets doen tot iets vervelends gebeurt) `het op een scheiding laten aankomen`

6)
het komt erop aan dat ...  (het is belangrijk dat ...) `Om in de finale te komen, komt het erop aan dat we deze wedstrijd winnen.`


Synoniemen
aanbelanden   aanlanden   aanraken   afhangen van   aflopen   arriveren   beroeren   betreffen   bezoeken   dikker worden   eindigen   finishen   genezen   inlopen   komen   langsgaan   langskomen   naderen   op bezoek komen   op visite gaan   ophouden   opperen   opzoeken   raken   terechtkomen   toucheren   uitgaan   uitlopen   voorbijkomen   zwaarder worden   zwaarworden   afvallen (antoniem)   

Spreekwoorden en zegswijzen
• op een schoen en een slof aankomen (=niets hebben en ergens komen)
• iemand zien aankomen (=weten waar hij over zal beginnen, zich er alvast tegen wapenen)
Naar de spreekwoorden

3 definities op Encyclo
  • 1) Langsgaan 2) Finishen 3) Er de hand aanslaan 4) Langskomen 5) Aan de gang komen 6) Aanwaaien 7) Aanbelanden 8) Aanvlotten 9) Aanlanden 10) Aanlopen 11) Aanstromen 12) Aanraken 13) Bezoeken 14) Aannemen 15) Zijn bestemming bereiken 16) Bereiken van bestemming 17) Beroeren 18) Raken 19) Betreffen 20) Zwaarde...
  • arriveren
  • vrij onbekende term voor het strak zetten van de sleepdraad. Het heeft vermoedelijk betrekking op het doorhalen van de strang met behulp van het strangenlier.
Toon uitgebreidere definities

Deze woorden beginnen met aankomen:
aankomend

Deze woorden eindigen op aankomen:
erop aankomenachteraankomen

Herkomst volgens etymologiebank.nl
aankomen

Taaladvies
  1. Is het gebruik van toekomen in een zin als Aanvragen moeten uiterlijk 1 maart aanstaande bij het stadsbestuur toekomen correct? Zie Toekomen / aankomen
  2. Is het werkwoord verdikken correct gebruikt in een zin als: Je bent een beetje verdikt? Zie Verdikken / dik worden, aankomen
  3. Is aanbeland juist in de zin `Ik ben in Amsterdam aanbeland`? Zie aanbelanden / arriveren


Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van aankomen?
De verleden tijd van aankomen is 'kwam aan'. Het voltooid deelwoord is 'is aangekomen'.
Wat betekent aankomen?
'komen waar je moet zijn' en 'raken' en 'dikker worden' en '' en '' en ''
Hoe spel je aankomen?
aankomen spel je A A N K O M E N
Wat is een ander woord voor aankomen?
Andere woorden voor aankomen zijn aanbelanden, aanlanden, aanraken, afhangen van, aflopen, arriveren, beroeren, betreffen, bezoeken, dikker worden, eindigen, finishen, genezen, inlopen, komen, langsgaan, langskomen, naderen, op bezoek komen, op visite gaan, ophouden, opperen, opzoeken, raken, terechtkomen, toucheren, uitgaan, uitlopen, voorbijkomen, zwaarder worden en zwaarworden.
Wat is het tegenovergestelde van aankomen?
Een antoniem van aankomen is afvallen.

Op andere websites
Zoek aankomen op Woordenlijst.org
Zoek aankomen op Google
Zoek aankomen op Wikipedia