aanboren

werkw.

Uitspraak:	[ˈamborə(n)]
Afbreekpatroon:	aan·bo·ren
Vervoegingen:	boorde aan (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:	heeft aangeboord (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

toegang proberen te krijgen tot (iets)

Voorbeelden:

`met een boortoren een oliebron aanboren`, `nieuwe markten aanboren`

boren   ontsluiten   

• een nieuwe bron aanboren (=een nieuwe manier vinden om iets te krijgen)
Naar de spreekwoorden

• 1) Ontsluiten 2) Proberen toegankelijk te maken 3) Vinden 4) Ontmoeten 5) Openen 6) Een begin met boren maken 7) Boren

Toon uitgebreidere definities

Wat is de verleden tijd van aanboren?

De verleden tijd van aanboren is 'boorde aan'. Het voltooid deelwoord is 'heeft aangeboord'.

Wat betekent aanboren?

'toegang proberen te krijgen tot (iets)'

Hoe spel je aanboren?

aanboren spel je A A N B O R E N

Wat is een ander woord voor aanboren?

Andere woorden voor aanboren zijn boren en ontsluiten.

Zoek aanboren op Woordenlijst.org
Zoek aanboren op Google
Zoek aanboren op Wikipedia