Ia de Uruguees

zelfst.naamw. (m.)
Uitspraak:  [uru'gwes]
Afbreekpatroon:  Uru·guees
Verbuigingen:  Uruguezen (meerv.)

Ib de Uru|guese

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [uru'|gwesə]
Afbreekpatroon:  Uru·guees
Verbuigingen:  Uruguesen (meerv.)

inwoner van Uruguay
Voorbeeld:  `In de week voor Pasen gaan veel Uruguezen op vakantie.`


II Uruguees

bijv.naamw.
Uitspraak:  [uru'gwes]
Afbreekpatroon:  Uru·guees

van of uit Uruguay
Voorbeeld:  `Mario Benedetti was een belangrijke Uruguese schrijver.`


1 definitie op Encyclo
  • 1) Inwoner van Latijns-Amerika 2) Inwoner van Zuid-Amerika 3) Uit een Zuid-Amerikaans land
Toon uitgebreidere definities

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Is het 'de Uruguees' of 'het Uruguees'?
Het is 'de Uruguees', want Uruguees is mannelijk. Als je het aanwijst is het 'die Uruguees'.
Wat is het meervoud van Uruguees?
Het meervoud van Uruguees is 'Uruguezen'. Eén Uruguees, twee Uruguezen.
Wat betekent Uru|guese?
'inwoner van Uruguay'
Hoe spel je Uru|guese?
Uru|guese spel je Hoofdletter-U R U Hoofdletter-| G U E S E

Op andere websites
Zoek Uruguees op Woordenlijst.org
Zoek Uruguees op Google
Zoek Uruguees op Wikipedia